dinsdag 8 december 2009

Start Buiten spelen

Vandaag was de eerste informatiebijeenkomst voor het nieuwe Buiten spelen. Achtereenvolgens kwamen Dick Rijken, Ton Korver en Else Rose Kuiper aan het woord, om het een en ander te betogen over het project. Ik zal proberen de verhalen een beetje samen te vatten, hoewel dat niet overal even goed zal gaan.

Dick Rijken (lector Informatietechnologie aan de Haagse Hogeschool)
Hij begon met een paradox, die er volgens mij op neerkomt dat kennis niet meer in betrekkelijk weinig handen van experts ligt, maar - doordat er nu veel mensen een opleiding genoten hebben en bovendien aangesloten zijn op het internet - de kennis van die vele mensen geconcentreerd is op het internet en er aldus kennis ontstaat die beter is dan die van de experts. Daar zou ik dan tegenin willen brengen, dat dat niet blijkt uit wat de mensen op internet gedaan hebben met de Mexicaanse griep. "Iedereen" wist ineens dat er de meest vreselijke dingen gingen gebeuren en dat er de verschrikkelijkste ingrediënten in het serum zouden zitten. Maar wat een onzin is dat. Hier blijkt dat de expertise van de massa (zie ook Ton Korver) alleen maar tot bangmakerij leidt. Men gelooft het allemaal. Bangmakerij is trouwens de aanleiding voor het Leitmotiv van deze Buiten spelen2.0. Het Leitmotiv is namelijk Hoop.

Je kunt in de kunst- en cultuurwereld drie soorten onderzoek onderscheiden:
1.- vormonderzoek: wat kun je met het medium
2.- contextonderzoek: waar kun je de gevonden vormen voor gebruiken?
3.- transformatie-onderzoek: wat is de wederzijdse relatie tussen een publieke instelling en de samenleving?

We gaan in dit waterwolfproject de samenleving opzoeken en vanuit gebeurtenissen (kernbegrip in dit project) die samenleving bij ons betrekken. Hoe verhouiden onze instellingen zich tot gebeurtenissen in de Goudse samenleving. Welke gebeurtenissen zouden historisch belangrijk  kunnen zijn? Kunnen we zelf gebeurtenissen organiseren?
Hierbij staat ons een aantal organisaties ten dienste: Patching Zone, Lange Poten en No Acadamy.

"De weg naar de uitkomst staat nog niet vast, maar wordt gaandeweg gevonden..."

Ton Korver (lector Human Resource Management aan de HH)
Waterwolf heeft veel te maken met het in beweging zetten van mensen: uit de samenleving naar de organisatie en omgekeerd. Het motto is: "bouw eerst een luchtkasteel, voordat je een kasteel bouwt." M.a.w.je moet eerst een beeld hebben, voordat je het model kunt vormen/realiseren.

Beelden zijn belangrijk. We hebben beelden van organisaties en daardoor ook modellen van die organisaties. Wat voor beelden van "Organisaties2.0" zijn er? Welke beelden passen het best bij onze organisatie? Wat voor managementbeeld hebben we bij "management2.0"? Altijd is de conclusie: Alles moet anders; "Iedereen is manager, niet alleen de toplaag van de organisatie". De traditionele organisatiestructuur is hiërarchisch. Het management is er niet voor om de organisatie in de vaart der volkeren op te stoten. Het management zorgt voor een hoger doel in de organisatie; het zorgt ervoor dat ideeën gerealiseerd kunnen worden.
Het management moet niet conflictontwijkend zijn (conformiteit, consensus en cohesie), maar zorg dragen dat afwijkende meningen ook aan bod komen, niet bang zijn voor conflictueuze situaties. Niet alle neuzen hoeven dezelfde kant op te wijzen, ook al staat dat leuk voor het bestuur van de organisaties. Er moet een "interne markt" voor ideeën zijn. De mensen moeten onafhankelijk van elkaar hun kennis beschikbaar kunnen stellen. De "wijsheid van de massa" uit de omgeving van de organisatie kan heel veel kennis samenbrengen en ter beschikking stellen en mobiliseren (zie echter mijn opmerking over de Mexicaanse griep bij Dick Rijken: je kunt op deze manier ook foute informatie mobiliseren).

Als organisatie verzamelen we geen collecties maar "sensoren". Hiermee wordt bedoeld: als archiefinstelling verzamelen we geen archivalia maar historisch geïnteresseerden; als museum verzamelen we geen objecten maar (kunst)verzamelaars en kunstenaars; als bibliotheek verzamelen we geen boeken maar lezers en schrijvers. Opmerking mijnerzijds is: als je geen collecties zou hebben, waar blijven dan de "sensoren" in het verhaal?

Beantwoord de stelling: "Voor mij zou het luchtkasteel lijken op..."

Else Rose Kuiper (projectmanager Buiten spelen)
De medewerkers die meedoen krijgen de ruimte om dingen te doen en al werkend denken ze na over wat er gebeurt en wat ze zouden willen doen. Er wordt wel een kader gegeven, maar je moet zelf de bijbehorende processen ontdekken. Je moet nadenken over nieuwe manieren van werken en dingen en methodes uitproberen.

Er worden in het begin verschillende projectgroepen opgericht met verschillende opdrachten. Doel is je waarneming op jezelf,op de organisatie en op de omgeving te verscherpen. Hoe doe je dat? En wat doe je met de gegevens die je krijgt?

In het voorjaar wordt hieraan een aantal maanden gewerkt; in het najaar is er tijd voor reflectie op wat we in het voorjaar gedaan hebben. Deze reflectie geeft dan weer stof om het daarop volgende voorjaar mee verder te gaan.


Nan van Schendel (directeur openbare bibliotheek Gouda)
Waarschuwt ten slotte, dat het Waterwolfproject ook veel hoofdpijn, frustratie, weerzin en moeite geeft.

1 opmerking:

  1. Ik vind 't een hele fraaie reflectie op de ochtend. Waarmee iets goeds is toegevoegd aan het Internet. Vond ik mooi wat Dick Rijken zijn: inter-net, tussen-net. Was voor 't eerst dat ik 't woord zo las. Groet, Nan

    BeantwoordenVerwijderen